De nieuwe wet
De Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht, die op 1 januari 2025 in werking is getreden, brengt belangrijke wijzigingen in civiele procedures. Het bewijsrecht wordt vereenvoudigd en verduidelijkt. Het biedt partijen meer mogelijkheden om vooraf en tijdens een procedure essentiële informatie te verkrijgen over een geschil.
Daarnaast schept deze nieuwe wet ook duidelijkheid over de rol van de rechter tijdens zittingen, zodat feiten beter besproken en begrepen worden. Hoewel de verdeling van de bewijslast ongewijzigd blijft, introduceert de wet nieuwe regels voor het verkrijgen van bewijs, zoals inzagerecht en bewijsbeslag, en moderniseert het de procedure voor digitale bewijsmiddelen.
In deze cursus wordt aandacht besteed aan alle genoemde aspecten en gevolgen van deze wet voor het bewijsrecht in civiele procedures (zie ook programma). Na afloop van de cursus pas je de opgedane kennis in jouw (proces)praktijk toe.
Wat is de doelgroep?
Deze cursus is interessant voor advocaten en juristen die regelmatig met civiele procedures en het bewijsrecht te maken hebben.
Wat is de cursusvorm?
De cursus bestaat uit een fysieke bijeenkomst van een dagdeel (totaal 3 uur).
Wie is/zijn de docent(en)?
Wat leer je tijdens de cursus Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht?
Na afronding van deze cursus:
- Kun je de laatste ontwikkelingen op het gebied van het burgerlijk proces- en bewijsrecht benoemen.
- Weet je hoe je deze kennis kunt toepassen in jouw eigen praktijk.
Welke voorkennis en ervaring heb je nodig?
We gaan ervan uit dat je beschikt over basiskennis van het civiel proces- en bewijsrecht.
Wat ontvang je na afronding van cursus Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht?
- 3 J PO-punten. Deze cursus is door de NOvA erkend als PE-cursus;
- bewijs van deelname